Oorsprong namen

van Ooyen

Verspaget

Voorouders

van Ooyen

Verspaget

Broers & Zusters

van Ooyen

Verspaget

Jeugdjaren

Jo

Nellie

Jo & Nellie

verkering

gezin

Gezin
Jo van Ooyen en Nellie Verspaget
Vorige.
Volgende.
Startpagina.
1941                                             (Bekijk foto’s 1939 t/m 1947 in serie)
Mama met haar zoontje Willy in de raam van de Slagerstraat met haar nichtje Mia van de Veerdonk en haar vriendin.
Met mij met baret op de arm voor het huis van ome Janus en tante Ali  in de Slagerstraat op nr. 42. Dan met dezelfde baret in een plantsoentje op de Eckartseweg. Verder in de kinderwagen
voor het Abbemuseum. Achter op deze foto staat wat geschreven: “Zeg Net ik doe er ‘n fotootje erbij van de kleine en mij. En onze David z’n kleine staat er bezijde bij, daag”.
Schijnbaar is deze foto naar tante Netta en ome Henk Günther in België opgestuurd geweest. In deze oorlogsjaren onderhielden zij het contact per brief.
Willy met speelgoedjes in de Slagerstraat. Misschien wel van ome Bart gekregen. Op de achtergrond het huis van de familie de Vos, waar de was hangt te drogen. Verder de techniek van het speeltje even aan een buurmeisje laten zien.
In het stadswandelpark voor de vijver met het radiomonument ter herinnering aan de eerste radioverbinding met Neder-lands-Indië op 1 juni 1927 vanaf het Philips laboratorium. Dit radiomonument, een over een hartvormige vijver roepende vrouw, werd onthuld door prinses Juliana en prins Bernhard op 28 november 1936.
In de Slagerstraat voor een huis van de Protestantse woning-bouw het tasje van het fototoestel  aan hetzelfde meisje laten zien. Even uitrusten voor een huis in de Bakkerstraat. Aan de overkant een hond aaien bij kinderen van de familie Loots van het loodgietersbedrijf.
Mevrouw Loots is een zus van tante Lisa Verspaget- Swinkels, de echtgenoot van ome Corry.
Dan op de Woenselse markt met z’n muziekkiosk. Het liefst zat ik in de wandelwagen.
Ik kan me nog herinneren dat er naast de jaarlijkse kermis, de wekelijkse markt op zaterdag,  regelmatig op de zaterdagavond door een harmonie op de kiosk gemusiceerd werd. Ook werden er voor de jeugd ter gelegenheid van feestelijkheden o.a. paalklimmen, koekhappen en zaklopen georganiseerd. Verder werden er midden in week ook wel eens varkensbiggen verkocht.
Als slager bij de Etos verdiende papa maar weinig, nl. ƒ 13,00 per week. Toen de buurman, Peer Veragte zei dat er goed verdiend werd bij de duitsers op het
vliegveld, ging hij daar werken. Hij moest er onder andere aan het kanaal stenen lossen. De schipper van een te lossen schip had een nogal grote neus. Voor de grap vroeg ons papa aan die schipper of hij van der Gevel heette en of hij soms uit Terneuzen kwam?
Papa moest maken dat hij weg kwam, want de schipper kon de grap niet appreciëren.
In deze tijd vanaf juni 1940 werden werklozen gedwongen om in duitsland te gaan werken. In januari werkten er al 180.000 Nederlandse arbeiders in Duitsland. Om het niet aan te laten komen op een verplichte arbeidsinzet in Duitsland en zijn ervaring met de gestapo, meldde hij zich voor Brest in
Frankrijk. Hier kwam hij van de drup in de regen. Brest was toen een belangrijke duikboothaven voor de duitsers.
De briefwisseling met ome Henk Günther zal waarschijnlijk ook wel invloed gehad hebben op zijn angst voor de tewerkstelling in duitsland.
De foto’s geven een beeld van de omgeving, waar hij veel bombardementen meemaakte. Dat was niet zo verwonderlijk, want Brest was een oorlogshaven met in de rotsen schuilplaatsen voor duikboten. Tijdens de bombardementen ging hij tussen de betonbalken liggen. Hij moest bij de ingang van de bouwplaats de