Oorsprong namen
Voorouders
Broers & Zusters
Jeugdjaren
Jo & Nellie
Jeugdjaren
Jo van Ooyen en Nellie Verspaget
Jo van Ooyen en Nellie Verspaget
In die tijd leerde mama haar vriendin Jenny Willemse kennen. Haar ouders waren eigenaar van Hotel de Kroon, op de splitsing Kruisstraat, Fellenoord en Boschdijk. Naast het hotel was de danszaal de Hooizolder. Samen met haar vriendin dansten zij stiekem achter de tapkast mee. Thuis had ze muziek van de pathefoon.
In die tijd werden deze liedjes gezongen:
“Eindhovenlied en Als ik naar andere mannen kijk”.
Mama met voor haar van links naar rechts haar nichtje Mia van de Veerdonk, haar neefje Henkie Günther en haar nichtje Mies van de Veerdonk. Mia en Mies kwamen in die tijd bij opoe in Eindhoven op vakantie. Dan mama met haar eerste fiets, die zij op haar
“Eindhovenlied en Als ik naar andere mannen kijk”.
Mama met voor haar van links naar rechts haar nichtje Mia van de Veerdonk, haar neefje Henkie Günther en haar nichtje Mies van de Veerdonk. Mia en Mies kwamen in die tijd bij opoe in Eindhoven op vakantie. Dan mama met haar eerste fiets, die zij op haar
vijftiende verjaardag kreeg om mee naar Philips te gaan. Deze fiets werd in september 1935 bij het kerkhof, de Oude toren, gestolen tijdens de begrafenis van de piloot Gerhard Sandberg, de tweede echtgenoot van Jetty Philips.
Mama verdiende zeven en een halve gulden per week en zij kreeg van haar moeder vijftig cent zakgeld. Als ze moest overwerken, deed ze net of ze de stad in was geweest. Het loonbriefje haalde ze iedere week uit het zakje en haalde het overwerk-geld eruit. Dat kon ze gemakkelijk doen, omdat zij iedere vrijdag een peperkoek van de Lido moest meebrengen. Ze haalde het geld eruit, omdat haar moeder dan zou denken dat ze dat bedrag iedere week zou krijgen. Als zij van dat geld bijvoorbeeld kousen kocht zei zij dat ze die van haar vrijer, ons papa, gekregen had.
In die tijd maakte zij van oude ansichtkaarten violen. Een keer nam zij die mee naar haar werk om aan haar collegaatjes te laten zien. Toen zij van haar werk naar huis ging met de ingepakte violen, werd zij door de portier aangehouden. Toen zij hem de violen liet zien, bood ze aan, voor hem ook een viool te maken. Maar dan moest hij wel zelf voor de ansichtkaarten zorgen.
Rond deze tijd kreeg mama last van jeugdpuistjes. Opoe vond het zo erg dat ze zei: “Ik heb er honderd gulden voor over, als ons Nelleke geen puistjes meer had”! Haar collegaatjes adviseerden haar teerzeep te gebruiken. Toen zij aan haar moeder vijftien cent vroeg om teerzeep te kopen, zei opoe: “Hedde gij ’t in oe bovenkamer?”
In die tijd maakte zij van oude ansichtkaarten violen. Een keer nam zij die mee naar haar werk om aan haar collegaatjes te laten zien. Toen zij van haar werk naar huis ging met de ingepakte violen, werd zij door de portier aangehouden. Toen zij hem de violen liet zien, bood ze aan, voor hem ook een viool te maken. Maar dan moest hij wel zelf voor de ansichtkaarten zorgen.
Rond deze tijd kreeg mama last van jeugdpuistjes. Opoe vond het zo erg dat ze zei: “Ik heb er honderd gulden voor over, als ons Nelleke geen puistjes meer had”! Haar collegaatjes adviseerden haar teerzeep te gebruiken. Toen zij aan haar moeder vijftien cent vroeg om teerzeep te kopen, zei opoe: “Hedde gij ’t in oe bovenkamer?”