Oorsprong namen
Voorouders
Broers & Zusters
Jeugdjaren
Jo & Nellie
Gezin
Jo van Ooyen en Nellie Verspaget
Jo van Ooyen en Nellie Verspaget
Wij moesten samen met anderen, waaronder Nederlanders in de eetzaal slapen. Maar omdat wij ons al lang van tevoren aangemeld hadden, werden er voor ons veldbedden klaar gezet.
De Nederlanders maakten stennis hierover. De Duitsers namen het voor ons op. Het liep toch wel zo op dat er in het donker een en ander door de lucht vloog.
De Nederlanders maakten stennis hierover. De Duitsers namen het voor ons op. Het liep toch wel zo op dat er in het donker een en ander door de lucht vloog.
Na ons verblijf in Velbert fietsten wij via Kettwich naar tante Netta en ome Henk in de Franzenkamp in Oberhausen. Hier hebben we ook nog overnacht en contact gemaakt met jongens uit de buurt. Een van hen begon over de oorlog te praten. Hij vond dat Duitsland de oorlog van Nederland nooit verloren had als wij geen hulp van o.a.de Engelsen hadden gehad. Hij vertelde ons ook dat ze stelen in Duitsland “Englisch einkaufen” noemden.
In het centrum van Oberhausen zag ik een mooie dolk, die ik gekocht heb. Ome Henk vond dit maar niks.
Het deed hem aan de Duitse officieren in de oorlog denken.
Jacky kocht een lepeltje voor z’n moeder. Dat vonden ze beter.
Aan het einde week fietsen wij terug naar Tivoli. Toen wij de Leeuwenstraat in fietsten, stonden mevrouw Janssen en papa ons op te wachten op de hoek Tapirstraat en Leeuwenstraat. Het was voor ons een raadsel hoe zij wisten dat wij er aan kwamen. Ze hadden beiden een sterk voorgevoel, zeiden zij.
In deze tijd begonnen we echt belangstelling voor meisjes te krijgen. We maakten dikwijls een rondje Tivoli.
Toen we bij de friettent Torino kwamen stonden er twee grietjes waar Jac en ik change mee hadden.
Ik met ‘n Nelleke uit de kruidenbuurt. We hebben elkaar verschillende keer ontmoet. Onder ander bij de hobbelende geit aan de Floralaan.
In de buurt van de Edelweisstraat heb ik nog met ‘n ander grietje gegaan. Dat duurde niet lang want die had een onverzorgd gebit.
In het centrum van Oberhausen zag ik een mooie dolk, die ik gekocht heb. Ome Henk vond dit maar niks.
Het deed hem aan de Duitse officieren in de oorlog denken.
Jacky kocht een lepeltje voor z’n moeder. Dat vonden ze beter.
Aan het einde week fietsen wij terug naar Tivoli. Toen wij de Leeuwenstraat in fietsten, stonden mevrouw Janssen en papa ons op te wachten op de hoek Tapirstraat en Leeuwenstraat. Het was voor ons een raadsel hoe zij wisten dat wij er aan kwamen. Ze hadden beiden een sterk voorgevoel, zeiden zij.
In deze tijd begonnen we echt belangstelling voor meisjes te krijgen. We maakten dikwijls een rondje Tivoli.
Toen we bij de friettent Torino kwamen stonden er twee grietjes waar Jac en ik change mee hadden.
Ik met ‘n Nelleke uit de kruidenbuurt. We hebben elkaar verschillende keer ontmoet. Onder ander bij de hobbelende geit aan de Floralaan.
In de buurt van de Edelweisstraat heb ik nog met ‘n ander grietje gegaan. Dat duurde niet lang want die had een onverzorgd gebit.
